Research

Security and Defence

Op-ed

Het laatste woord over Syrië

16 Sep 2013 - 11:28

Gebruik van gifgas is afschuwelijk. Maar kun je nu zomaar beweren dat het ook niet mag van het internationale recht? En als het daarmee al in strijd is: mag je dan zo maar tot militaire actie overgaan buiten de VN Veiligheidsraad om?

Met zulke vragen jaag je juristen gemakkelijk in de gordijnen. Onvermijdelijk verplaatst de discussie zich vervolgens naar het ijle niveau van Het Laatste Woord. Heeft, bij uitzondering desnoods, de politiek dat of is het toch aan ‘de koningin der wetenschappen’ (zoals oud-premier Dries van Agt de rechtswetenschap ooit plechtig noemde)?

Op de G20 verklaarde David Cameron dat het een ‘erg gevaarlijke doctrine’ was om te zeggen dat er géén juridische basis is om militair te antwoorden. Geweld mag altijd in geval van zelfverdediging en op basis van een Veiligheidsraadresolutie, maar volgens Cameron mag het nu ook in Syrië. Alleen, vanuit een negatieve logica: door één veto ‘you could have a country massacring half its people and no one could act’. Zeker, maar juridisch niet erg sterk.

Catherine Ashton, mevrouw-Buitenland van de Europese Unie, waagde zich een stuk verder. Zij noemde de Syrische aanval ‘een flagrante schending van het internationale recht, een oorlogsmisdaad en een misdaad tegen de menselijkheid’. Maar ook die vlieger gaat niet zo gemakkelijk op. De oorlogsmisdaad en de misdaad tegen de menselijkheid zijn welomschreven in de statuten van (bijvoorbeeld) het Internationaal Strafhof, maar daar is Syrië geen partij bij. Dat sluit jurisdictie uit, tenzij de Veiligheidsraad besluit om Assad naar Den Haag te brengen. Merkwaardig genoeg is het tot zo’n aanklacht nog niet gekomen, nog afgezien van het feit dat ook daar Rusland en China waarschijnlijk zouden dwarsliggen (hoewel je maar nooit weet, ingeval zijn daderschap wordt aangetoond, zou het Strafhof voor hen misschien verteerbaarder zijn dan een militaire interventie).

En dan de gifgasverdragen zelf. Er trekt een heel legioen deskundigen voorbij dat verkondigt dat de internationale verdragen tegen chemische wapens sowieso met militaire actie afgedwongen mogen worden. Doet het goed voor de camera, maar is helaas onzin. Generaal Wesley Clark, de leider van de Kosovo-campagne in 1999, zag ik het ook bij Nieuwsuur beweren. Het Protocol van Genève uit 1925 verbiedt gebruik van chemische wapens in oorlog. Je kunt lang twisten over de betekenis van het woord ‘oorlog’, maar zeker in die jaren sloeg dat op strijd tussen twee landen, niet op een burgeroorlog. Het protocol, dat pas in 1975 door de VS is aanvaard, mist bovendien een handhavingsmechanisme. Nadat Saddam Hoessein in 1983 van gifgasgebruik tegen Iran was beschuldigd, is de militaire optie dan ook niet im Frage geweest en werd bij gebrek aan regels de zaak naar een VN-onderzoek verwezen.

Obama lijkt dit hiaat zelf, na een paar minder gelukkige formuleringen, intussen wel door te hebben. Hij koos na de G20 zijn woorden zorgvuldig. ‘It’s prohibited in active wars between countries’, en hij ging niet verder dan de vaststelling dat Assad ‘internationale normen’ schendt. Dat is ernstig genoeg, maar erkent dat de juridische basis voor ingrijpen op basis van het Geneefse Protocol gammel is. In 1997 werd vervolgens de Chemische Wapenconventie (CWC) van kracht. Die bevat een totaalverbod op chemische wapens, total zero. Maar ook daar is Syrië helaas geen partij van. Honderdnegenentachtig landen wel, dus je kunt wel staande houden dat Syrië een vrijwel universele norm schendt, maar gebonden aan de CWC is het jammer genoeg niet. En nog afgezien daarvan kent ook de CWC geen militaire afwikkeling, maar voorziet in een politieke procedure via de Veiligheidsraad.

Het recht is dus niet keihard. Daarom was er vorige week nog het surrogaat-stemmen in de G20. Iedereen kon na afloop beweren wat hem het beste uitkwam. Poetin schamperde dat er maar vijf landen voor militaire actie waren, dus hij had ‘gewonnen’. De VS meldde dat tien G20-landen ‘en Spanje’ achter zijn poging stonden ‘om het verbod op het gebruik van chemische wapens kracht bij te zetten’. De woorden recht op en militair werden angstvallig vermeden. Zo zoekt iedereen zijn gelijk, en zoeken recht en politiek nog naar chemie.