EU Forum

EU Integration

Sommige lidstaten zeggen luider ja dan andere

31 Mar 2016 - 10:08
Source: © European Union 2015 EP
"Polen en de Baltische staten zijn inmiddels zo ver dat ze zeggen: Rot op Rusland"

Formeel hebben alle 28 lidstaten van de Europese Unie ingestemd met het Associatieakkoord tussen de EU en Oekraïne. Alleen Nederland legt het akkoord nog voor aan de bevolking in een raadplegend referendum (zie Oekraïne-referendum in Nederland: uniek in de EU). Uit alle EU-landen, Nederland inbegrepen, klinken positieve geluiden over het akkoord. Van regeringszijde, en van opiniemakers, ook op deze debatsite.

Toch zijn er verschillen tussen de vele voorstanders in de EU, legt Tony van der Togt, senior Research Fellow bij het Clingendael Instituut, uit.

Van der Togt, gedetacheerd vanuit het ministerie van Buitenlandse Zaken sinds september 2014, onderscheidt drie groepen voorstanders: "Een aantal landen ziet het akkoord als een opstap naar lidmaatschap van de EU, andere landen vinden deze overeenkomst het maximaal haalbare. Maar een overgrote meerderheid staat tussen deze twee uitersten." Volgens hem komen deze groepen overeen met de groepen landen die tegenover elkaar stonden tijdens de onderhandelingen voorafgaand aan het akkoord.

Nederland, Frankrijk, Duitsland, Belgie en Oostenrijk tegen belofte EU-lidmaatschap voor Oekraine

Nederland en Frankrijk zijn openlijk tegen een uitbreiding van de EU met Oekraïne. Frankrijk is tegen omdat ze tegen verdere uitbreiding op zich zijn, volgens Laure Delcour, bijzonder hoogleraar bij het College of Europe in Brugge. "Dat is een breed gedragen standpunt en zal de komende jaren ook niet veranderen", verwacht ze (zie Wat Frankrijk van het akkoord vindt). In Nederland heeft premier Rutte onlangs nog gezegd dat Oekraïne nooit lid van de EU moet worden. De Volkskrant meldde vrijdag 1 april dat naast Frankrijk en Nederland ook Duitsland, België en Oostenrijk zich tijdens de onderhandelingen hebben verzet tegen EU-lidmaadschap voor Oekraine. Een Litouwse diplomaat zei tegen de krant: 'Wij zagen lidmaatschap als een lokmiddel en hebben voorgesteld het in de tekst op te nemen. Maar andere landen zoals Frankrijk en Nederland vonden dat te ver gaan: "Geen perspectief, geen perspectief, geen perspectief", dat hoorde je steeds uit die hoek.'

Duitsland behoorde altijd tot de 'Russia First'-groep, maar denkt daar nu veel genuanceerder over", zegt Van der Togt. "Duitsland beschouwt Oekraïne nu als sleutelland in Oostelijk Europa", schrijft ook Kai-Olaf Lang van de Stiftung Wissenschaft und Politik (zie Duitsland: eerst terughoudend, nu een voorstander). Volgens Van der Togt heeft zeker bondskanselier Merkel de oude voorkeuren achter zich gelaten. "In de politiek staat Duitsland nu vaker tegenover Rusland, maar in andere sectoren is dat natuurlijk niet zo. Voor de handel en het bedrijfsleven is Rusland natuurlijk belangrijker dan Oekraïne."

Groot-Brittannië, Zweden, Polen en de Baltische sluiten EU-lidmaatschap niet uit

Verder laat het Volkskrant-artikel zien dat van de 'Grote Drie' alleen Groot-Brittannië erkent dat het associatieverdrag 'op de lange termijn' tot een 'volwaardig EU-lidmaatschap' kan leiden. Maar uitbreiding is alleen mogelijk 'als dat is wat het volk en de regering willen' en 'vergaande economische, politieke en rechtsstatelijke hervormingen' zijn doorgevoerd 'die vereist zijn voor toetreding tot de EU'.

Alhoewel de Britse regering - met een Brexit-referendum op komst - geen groot pleitbezorger is voor Europese uitbreiding, blijft het traditioneel voorstander van uitbreiding van de vrijhandelsmarkt. Zo positioneert het land zich ook in dit debat. De Britten zijn bezig hun eigen lidmaatschap van de EU ter discussie te stellen. "Mochten ze een Brexit afwijzen", schrijft Orysia Lutsevych van het Britse Chatham House in A view from London, "dan wordt het Verenigd Koninkrijk een nog sterkere pleitbezorger van economische samenwerking met de EU, omdat onze economie daar belang bij heeft."

Naast Groot-Brittannië wilde ook Zweden in de eindtekst van het associatieverdrag een notie opnemen over het vooruitzicht op EU-lidmaatschap. Voormalig minister-president van Zweden, Carl Bildt, geeft twee redenen waarom Zweden een sterk voorstander is van de intensivering van EU's relatie met Oekraine. Allereest is Zweden, net als Groot-Brittanie, een groot voorstander van vrijhandel binnen en buiten de Europese grenzen. De sterke handelscomponent van het associatieverdrag wordt daarom gezien als een belangrijke stap in de relatie tussen de EU en Oekraine. Ten tweede heeft Zweden van dichtbij de positieve effecten en transformatieprocessen in de Oost-Europese en in het bijzonder Baltische staten gezien na verdere integratie en samenwerking met de EU. Verder hebben Polen en de Baltische staten Estland, Letland en Litouwen de meest "Europese aspiraties" voor Oekraïne, zegt Van der Togt. "Hun verhouding met Rusland is inmiddels zo dat ze zeggen: Rot op Rusland." Volgens Adam Balcer van het Warsaw Institute for Economic Studies zal een Nederlands 'nee' "enorme schade toebrengen aan de Poolse pogingen om Oekraïne en de EU nader tot elkaar te brengen" (zie De Poolse blik).

Dat deze landen een geschiedenis en grens delen met Rusland, is geen verklaring voor hun positie. Buurland Finland denkt er veel voorzichtiger over, laat Teija Tiilikainen van het Finnish Journal of Foreign Affairs per e-mail weten. "Lidmaatschap volgt volgens ons land niet automatisch uit een associatieakkoord. Bovendien heeft bij ons een mogelijke reactie van Rusland niet meegespeeld in het debat."

Uit Bulgarije en Roemenië, voormalige Oostbloklanden die grenzen aan Oekraïne,bereikten Van der Togt evenmin zulke signalen. "Bulgarije wordt wel eens gezien als vazalstaat van Rusland, maar dat is niet terecht. Hoewel beide landen, toen ze schaliegas wilden gaan winnen om minder afhankelijk te worden van Rusland, wel last hadden van allerlei door Rusland gesponsorde milieuorganisaties."

Hongarije is een Oost-Europees land waar Rusland gemakkelijker een ingang vindt, vervolgt Van der Togt. "Met name de Hongaarse premier Orbán, van de rechts-conservatieve Fidesz-partij, is goed in het afzetten tegen Europese waarden. Maar ook regeringspartij Syriza in Griekenland heeft goede banden met Rusland."

De grote middengroep

Dit neemt niet weg dat de meeste Europese lidstaten zich bevinden in de grote middengroep die het akkoord met Oekraïne hebben getekend zonder zich direct uit te spreken over de toekomst van het land - dat wil zeggen of ze het associatieverdrag zien als eindpunt of opstap naar EU-lidmaatschap. Dat 27 lidstaten het verdrag al hebben ondertekend, betekent niet dat hier geen discussie is over de ontwikkelingen in Oekraine en de relatie met Rusland. "Het Slowaakse publiek keurt in groten getale Ruslands agressie af, maar is eveneens bezorgd over het disfunctioneren van Oekraïne", schrijft Balázs Jarábik, verbonden aan het Carnegie Endowment for International Peace in Washington, in Slovakia, a small neighbor with big concern.

Andere landen die tot de middengroep behoren zijn verder nog Tsjechië en Luxemburg en Denemarken, Ierland, de Balkanlanden Kroatië en Slovenië en de Zuid-Europese landen Portugal, Spanje, Italië, Cyprus en Malta die volgens Van der Togt "minder geïnteresseerd" zijn in de oostgrens; "zij kijken alleen naar de effecten van migratie en de de associatieverdragen met mediterrane landen".