Research

Europe and the EU

Articles

De Nederlandse perspectieven op het migratievraagstuk

20 Dec 2016 - 16:32
Source: Jeroen van Luin / Flickr

In maart 2017 zijn de Tweede Kamer verkiezingen. De rapporten van het Sociaal Cultureel Plan bureau ‘Burger perspectieven’ laten zien dat de vluchtelingencrisis de gemoederen van Nederlanders in sterke mate blijft bezig houden. [1] Het migratievraagstuk, en de rol van Nederland en de EU daarbij, zullen dus ongetwijfeld belangrijke thema’s zijn tijdens de komende Tweede Kamer verkiezingen. 

Wat zou de positie en inzet van Nederland kunnen zijn in Europees en internationaal verband op het migratievraagstuk? Hieronder een overzicht van de verschillende standpunten van de huidige zeven belangrijkste Nederlandse politieke partijen (PVV, VVD, CDA, D66, PvdA, GroenLinks en SP); dit op basis van hun (concept-)verkiezingsprogramma’s. In hoeverre onderscheiden deze zich van elkaar op dit thema?

1. Asiel en migratie (opvang)

De Nederlandse politieke partijen zien over het algemeen het belang in van opvang en hulp in de regio. Dit sluit aan op de huidige politieke tendens binnen de EU (zie ook reactie EU lidstaten). Daarnaast laten verscheidene partijen zoals CDA, PvdA, GroenLinks en D66 zich expliciet uit over bepaalde (tijdelijke) opvang en asielaanvraag in Nederland. Andere partijen zoals SP, VVD en PVV wensen deze processen in grotere mate buiten Europa te laten plaatsvinden.

Zo wil het CDA vluchtelingen die in nood zijn, in principe bescherming bieden in Nederland in de vorm van een ontheemdenstatus, waarbij enerzijds de vluchteling de ruimte krijgt om zich via opleiding of (vrijwilligers-)werk te ontwikkelen, maar waarbij anderzijds vanaf het begin af aan eerlijk en duidelijk wordt vermeld dat het verblijf hier tijdelijk is en dat terugkeer het doel is. De PvdA stelt dat vluchtelingen die een verblijfsvergunning krijgen in eerste instantie vijf jaar mogen blijven. Daarna wordt bekeken hoe de situatie in het land van herkomst is en of asiel nog nodig is.

GroenLinks vindt dat wie geen asiel krijgt, zo snel mogelijk terug moet naar het land van herkomst. Maar wie niet kan worden teruggestuurd, dient alsnog een tijdelijke verblijfsvergunning te krijgen. Als terugkeer na drie jaar nog steeds onmogelijk is, wordt deze omgezet in een permanente verblijfsstatus.  D66 wenst de naturalisatietermijn terug te brengen naar vijf jaar en intensievere begeleiding te geven bij nieuwkomers. Wel zouden inburgerweigeraars uiteindelijk ook het land moeten worden uitgezet.

Aan de andere kant is de SP expliciet voorstander van  aanmeldcentra aan de Europese buitengrenzen. De VVD wil asielaanvragen in Europa zelfs overbodig maken door alleen in te zetten op opvang in de regio. Alleen in extreme situaties wil de VVD inspringen door vluchtelingen zelf uit te nodigen om zich in Europa te vestigen. De termijn voor naturalisatie van nieuwkomers moet worden verlengd naar tien jaar. Illegaal verblijf in Nederland - en het faciliteren daarvan – moet strafbaar worden gesteld. De PVV wenst alle AZC’s te sluiten en weigert migranten en asielzoekers in Nederland te ontvangen.

Met betrekking tot economische migranten stelt D66 een selectief blue cardsysteem voor, waarbij de potentiële bijdrage aan de Nederlandse samenleving voorop staat. De PvdA is voorstander van kennismigratie, zolang het niet leidt tot verdringing van Nederlandse werknemers. CDA en VVD zeggen voor een strikt beleid van toelating en inburgering voor reguliere migranten te staan. 

2. Europese samenwerking

In de Europese politieke discussie is een verdeling van vluchtelingen over Europa het meest controversiële onderwerp. Door de Nederlandse politieke partijen wordt die verdeling echter doorgaans gesteund (uitgezonderd PVV). Het CDA, PvdA, GroenLinks en SP noemen specifiek dat alle lidstaten mee dienen te doen aan een eerlijke verdeling en opvang van vluchtelingen. De eerste drie partijen stellen zelfs dat als landen niet meewerken er sancties moeten volgen (zoals beperkte toegang tot Europese gelden).

D66 is het meest ambitieus in Europese samenwerking en pleit voor een Europees asiel- en terugkeerbeleid, Europese aanmeldcentra en een Eurocommissaris met verantwoordelijkheid voor vluchtelingen. Ook GroenLinks en PvdA benadrukken het belang van een gemeenschappelijk Europees asiel- en migratiebeleid. De VVD spreekt vooral over de bewaking van de Europese buitengrenzen. Deze partij wil ook dat fregatten migranten en vluchtelingen niet langer oppikken om hen vervolgens af te zetten op Europees grondgebied. Opgepikte migranten moeten worden teruggebracht naar Afrika. [2] De PVV wil uit de EU stappen en wenst geen Europese samenwerking.

3. Betrekkingen met derde landen en internationale verdragen

Bij het Europese migratievraagstuk spelen de relaties met derde landen en landen van herkomst een belangrijke rol. De Europese Commissie heeft onder andere een New Migration Partnership Framework voorgesteld waarbij zowel hulp, sancties en investeringen worden genoemd. Over de vraag hoe deze relaties moeten worden aangegaan bestaan echter duidelijke verschillen.

Het CDA en de VVD noemen expliciet in hun programma’s dat samenwerking met derde landen aangaande opvang in de regio en het opnemen van terugstuurde onderdanen, gekoppeld dient te zijn aan het toekennen of ontzeggen van ontwikkelingshulp, handelsovereenkomsten of visaverstrekking voor die landen.  De PvdA noemt sancties (zoals het weigeren van visa aan hooggeplaatste personen) alleen bij het maken van afspraken met landen van herkomst over het terugnemen van hun onderdanen.

GroenLinks stelt echter dat meer geld naar ontwikkelingssamenwerking moet (naar de internationaal afgesproken norm van 0,7% van het BNP) en dat de kosten voor opvang van asielzoekers niet (meer) betaald mogen worden uit het ontwikkelingsbudget. D66 sluit op dat laatste aan en bepleit ook een stevig investerings- en hulpbeleid om de economische en rechtsstatelijke omstandigheden in landen van herkomst te verbeteren.

Daarnaast vindt het CDA dat het huidige vluchtelingenverdrag niet meer geschikt is voor de hedendaagse problematiek en daarom moet worden aangepast. Het wil opvang in de regio en tijdelijke opvang elders door een nieuw verdrag  beter mogelijk maken. Andere partijen zoals de PvdA, GroenLinks en D66 staan echter pal voor het VN-Vluchtelingenverdrag en willen meer veilige en legale vluchtroutes. Zij zetten zich ook in verscheidene mate in voor het UNHCR-hervestigingsprogramma waarbij kwetsbare vluchtelingen in landen van eerste opvang vervolgens in de EU kunnen worden opgevangen.

Tot slot betogen PvdA, GroenLinks en D66 dat het sluiten van samenwerkingsverdragen met derde landen (over o.a. migratie) een kritische houding t.o.v. de mensenrechtensituatie niet in de weg mag staan, dan wel dat mensenrechten en democratie een startpunt vormen in externe betrekkingen. De VVD stelt echter dat bij een strategisch belang als het indammen van migratiestromen, er niet geschuwd moet worden om met ondemocratische regimes samen te werken. De PVV doet geen voorstellen op dit vlak en wenst geheel te stoppen met ontwikkelingshulp.


[1] https://www.scp.nl/Publicaties/Alle_publicaties/Publicaties_2016/Burgerperspectieven_2016_1

[2] Rutte heeft dat onlangs ook bepleit bij het congres van Europese liberalen in Warschau.