Research

Europe and the EU

Op-ed

Vijf redenen waarom we niet te vroeg moeten juichen

03 Apr 2018 - 15:50
Source: jaimelondonboy/flickr

Deze column verscheen oorspronkelijk in de Brexit Nieuwsbrief van VNO-NCW en MKB-Nederland.

In maart werd een belangrijke mijlpaal gehaald in de Brexit-onderhandelingen. Hoofdonderhandelaars David Davis en Michel Barnier kondigden aan dat ze overeenstemming hadden bereikt over een transitie-fase. Nadat het Verenigd Koninkrijk op 29 maart 2019 de Europese Unie officieel verlaat, komt er, als alles goed is, een overgangsperiode van 21 maanden waarbij alles, min of meer, bij het oude blijft. Het is daarmee zeer welkom nieuws voor het bedrijfsleven dat vreesde voor een abrupt Brits vertrek. Het risico is evenwel dat bedrijven nu in slaap worden gesust; want er ligt toch een transitieakkoord? Hier zijn vijf redenen waarom we niet te vroeg moeten juichen.

1. 'Nothing is agreed until everything is agreed.'

Het politiek akkoord dat in maart is gesloten wordt pas van kracht wanneer er ook een overeenkomst is over de andere onderdelen van de Brexit. De transitiefase is dus afhankelijk van een akkoord over heikele kwesties als de Noord-Ierse grens, de rol van het Europees hof van justitie in het Brits-Europese handelsverkeer, de instandhouding van een gelijk speelveld, en de uitwisseling van persoonlijke gegevens tussen het VK en de EU. Tot dan blijft het in maart bereikte akkoord belangrijk, maar virtueel.

2. Er is (nog) geen oplossing voor Ierland

De transitiefase geeft geen extra tijd om voor de Ierse grenskwestie een oplossing te vinden. En er is nog geen oplossing voorhanden. Het VK wil uit de Europese interne markt en uit de douane unie, maar wil een harde grens tussen Ierland en Noord-Ierland voorkomen. Hoe? Dat is nog onduidelijk. De Europese Unie heeft een voorlopige oplossing voorgesteld. Hierbij wordt in feite een douanegrens in de Ierse Zee – tussen Groot-Brittannië en Ierland – getrokken. Voor de Conservatieven – en vooral voor de Noord-Ierse DUP, die Theresa May’s minderheidskabinet aan een meerderheid in het Britse parlement helpt – is dit onacceptabel. Toch is Londen met deze voorlopige optie akkoord gegaan om het momentum in de Brexit onderhandelingen niet te stoppen. Het is nu aan Theresa May om met een acceptabel alternatief te komen; waarbij het niet alleen gaat om het voorkomen van grenscontroles als gevolg van nieuwe tariefmuren, maar ook door het naleven van (phyto)sanitaire standaarden en het controleren op herkomstregels (rules of origin). De komende vier weken wordt in Brussel hierover onderhandeld. Niemand houdt zijn adem in.

De politiek in Noord-Ierland helpt ook niet mee. Daar is het chaos sinds de coalitie tussen de pro-Britse DUP en de pro-Ierse Sinn Fein strandde. Noord-Ierland dreigt nu weer deels vanuit Londen bestuurd te worden. Het zal een oplossing van de Ierse grenskwestie niet dichterbij brengen.

3. De tijd is te kort om een vrijhandelsakkoord te sluiten.

Het uittredingsakkoord dat op 29 maart 2019 klaar moet zijn zal de contouren schetsen van de toekomstige handelsrelatie, maar niet de details. Verwacht over 12 maanden dus nog geen duidelijkheid over uw toekomstige handelsbetrekkingen met het VK. Ook daarom is een transitiefase van groot belang. Het Verenigd Koninkrijk is akkoord gegaan met een nieuwe deadline van december 2020. Beide partijen streven naar een nieuw, en veelomvattend, vrijhandelsakkoord. Dit wordt ook wel ‘Canada-plus’ genoemd, naar het EU-Canada akkoord dat in 2017 is gesloten. Na 21 maanden moet dat nieuwe vrijhandelsakkoord er dus liggen. Maar dat vereist een onderhandeling in recordtijd.

De hoop is dat de politieke turbulentie rond Brexit wat zal afnemen wanneer de Britten in maart 2019 de Unie formeel verlaten. De Brexiteers hebben dan hun zin. Mijn verwachting is dat die rust tegen zal vallen. Zelfs na maart 2019 is er nog alles om voor te vechten voor Remainers en Leavers: de harde Brexiteers willen voorkomen dat er een ‘Brexit in name only’ komt, terwijl de meer gematigden de banden zo hecht mogelijk willen houden. De onderhandelingen blijven dus zeer politiek.

De hoop is dat de politieke turbulentie rond Brexit wat zal afnemen wanneer de Britten in maart 2019 de Unie formeel verlaten. De Brexiteers hebben dan hun zin. Mijn verwachting is dat die rust tegen zal vallen.

4. Unieke onderhandelingen komen eraan.

Met een transitiefase is een ‘cliff edge’ scenario nog niet afgewend, hooguit uitgesteld. Tijdens de handelsbesprekingen kan het nog allemaal mis gaan. Behalve de Ierse grens zal een van de belangrijkste hoofdpijndossiers het gelijk speelveld (level playing field) worden. Het VK wil voor sommige sectoren en voor sommige regels af kunnen wijken van Europese afspraken. Maar hoe wordt oneigenlijke concurrentie voorkomen? Dit raakt aan de kern waarom een handelsakkoord buitengewoon lastig zal worden: dit worden de eerste handelsbesprekingen in de geschiedenis die tot doel hebben om twee economieën van elkaar te verwijderen, in plaats van dichter bij te brengen.

5. Concessie na concessie, maar voor hoe lang?

Tot slot, Londen heeft in de onderhandelingen tot nu toe op bijna alle punten concessies gedaan. Of het nu gaat om de financiële eindafrekening, de lengte van de transitiefase, de wens om aan bepaalde EU agentschappen deel te blijven nemen of de positie van Britse vissers. Daarmee rekent Theresa May er op dat de wens van de harde Brexiteers om het VK uit de EU te halen, groter is dan hun zorg dat het VK in de onderhandelingen telkens bakzeil haalt en het Europese bod moet accepteren. De vraag is echter, hoe lang gaat dat nog goed? Komt er een punt dat Theresa May, onder druk van de Brexiteers, tegen Michel Barnier zegt “tot hier en niet verder”, met alle gevolgen vandien?