3.1 Factoren van invloed op doormigratie-intenties

In het kader van deze EWEA-rapportages monitoren we vier factoren die van invloed zijn op doormigratie-intenties binnen de EU, waaronder naar Nederland. Dit zijn:

(1) het potentieel: aantallen met intenties tot doormigratie;

(2) verslechtering in persoonlijke (leef)omstandigheden in het opvangland;

(3) aanwezigheid van familie en netwerken elders; en

(4) feitelijke mogelijkheden tot doorreis.

Deze factoren zijn geoperationaliseerd in een reeks indicatoren waarvan de ontwikkeling wordt gemonitord (zie de figuur hieronder). Zoals ook is aangegeven in eerdere rapporten brengt de verschillende aard van de indicatoren met zich mee dat de ene meer en/of sneller aan verandering onderhevig is dan de ander. Subjectieve factoren zoals familiebanden en sociale netwerken zullen naast objectief meetbare factoren zoals werkgelegenheid, sociale voorzieningen en huisvesting de doorslag geven voor de keuze om al dan niet door te migreren.

Figuur 6
Factoren en indicatoren van belang voor doormigratie
Factoren en indicatoren van belang voor doormigratie

In de volgende paragraaf worden de relevante ontwikkelingen van deze vier indicatoren en de verwachte impact op de beschermingsopdracht weergegeven. In dit rapport zijn factoren 3 (familie en netwerken) en 4 (feitelijke doorreismogelijkheden) samengenomen aangezien de situatie ten opzichte van het vorige rapport maar beperkt is gewijzigd.

Clingendael geeft in dit rapport bijzondere aandacht aan de ontwikkelingen in de leefomstandigheden van Oekraïense ontheemden in de, voor Nederland, belangrijke opvanglanden als Duitsland (dat de meeste ontheemden opvangt), Polen (als direct buurland van Oekraine), maar ook België (vanwege de geografische nabijheid tot ons land). Gemiddeld genomen blijven de doormigratie-intenties op basis van survey-onderzoeken stabiel laag. Echter omdat de aankomst van Oekraïense ontheemden in Nederland langzaam maar gestaag blijft toenemen, en de toename van een paar procentpunten een behoorlijke impact kan hebben op de kwetsbare opvangsituatie in Nederland, blijft het van belang om relevante ontwikkelingen rondom verblijfsomstandigheden in andere EU-lidstaten nauwgezet te monitoren.

Richtlijn tijdelijke bescherming

Nu de toepassing van de Richtlijn Tijdelijke Bescherming (RTB) is verlengd tot maart 2025, blijft het juridisch kader in principe onveranderd.[105] Het is echter van belang om tijdig na te denken over de situatie na maart 2025, om redenen van rechtsbescherming en rechtszekerheid voor de ontheemden; van operationele overwegingen voor de asielketen; en vanwege de relatie met Oekraïne en geopolitieke overwegingen. Verschillende opties zijn denkbaar mocht het conflict in Oekraïne nog niet duurzaam zijn opgelost en terugkeer van alle ontheemden redelijkerwijs onmogelijk is.

Zo staat in artikel 4 lid 2 van de RTB dat de toepassing van de richtlijn voor een derde jaar een verlengingsbesluit van de Raad vereist dat met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen moet worden aangenomen. In lijn van dit artikel zou kort gezegd gekozen kunnen worden voor een opvolgend verlengingsbesluit waarmee tegelijkertijd de richtlijn wordt aangepast, in de zin dat de maximale termijn van drie jaar wordt gewijzigd c.q. komt te vervallen.

Er kan gekozen worden om de verblijfsstatus weer over te laten aan de nationale asieldiensten. Een van de belangrijkste doelen van het inroepen van de richtlijn tijdelijke bescherming was het ontlasten van nationale asielsystemen in het geval van massale aantallen ontheemden. Deze overweging is ongewijzigd indien duurzame terugkeer van grote aantallen ontheemden nog niet in het verschiet ligt, en daarmee ligt deze optie nog niet voor de hand. Op nationaal niveau zouden verblijfstatussen in dat geval immers omgezet, verlengd of herbeoordeeld moeten worden, iets wat veel capaciteit kost tenzij het prima facie (voor de groep als geheel in plaats van op individuele basis) wordt gedaan. In het geval van Nederland, waar ervoor is gekozen om uitstel te verlenen en geen verblijfsvergunningen te verstrekken, zullen Oekraïners die een beroep willen doen op bescherming of andersoortig verblijf onder de huidige wetgeving een aanvraag moeten indienen. Deze zal dan individueel moeten worden beoordeeld. Dat zou een zeer zware opgave voor een reeds overbelaste uitvoeringsorganisatie betekenen.

Recent is er in het politieke debat ook de vraag opgeworpen naar de mogelijkheid om terugkeer te realiseren of af te dwingen naar het westen van Oekraïne omdat dat veilig genoeg zou zijn.[106] De RTB lijkt toe te staan dat de toepassing ervan zich beperkt tot bepaalde categorieën ontheemden en/of bepaalde regio’s.[107] Het asielrecht kent de optie van een binnenlands vestigingsalternatief (artikel 8 EU Kwalificatierichtlijn): er moet dan wel in ieder geval sprake zijn van een situatie waarin voldoende veilig is, naast dat iemand ook toegang moet kunnen krijgen tot dat ‘veilige’ gebied, en van iemand vestiging aldaar redelijkerwijs verwacht mag worden (bijv met ook op enig toekomstperspectief, voldoende middelen van bestaan e.d.). Of hier sprake is moet worden beoordeeld aan de hand van objectieve bronnen en landeninformatie. En vervolgens zou een ontheemde nog moeten kunnen aangeven dat het voor hem of haar persoonlijk niet veilig genoeg is, of dat redelijkerwijs niet verwacht kan worden dat hij of zij zich daar vestigt. Met andere woorden: het toepassen van een vestigingsalternatief in het relatief wat veiliger westen van Oekraïne is een vraagstuk dat naast een zorgvuldige beoordeling van de veiligheidssituatie, ook een individuele toetsing vraagt. En ook dat lijkt vooralsnog problematisch in het licht van de belasting van de nationale asielsystemen.

We staan pas aan het begin van deze discussie, maar gezien het belang voor het functioneren van het nationale asielsysteem en de eenheid van beleid en onderlinge samenwerking binnen de EU en met Oekraïne, zal deze wel gestart moeten worden om tijdige besluitvorming voor te bereiden. Ook in het belang van het bewaren van de rust binnen en het zo snel mogelijk duidelijkheid bieden aan de Oekraïense gemeenschappen in de diverse opvanglanden, als ook het beperken van de impact die deze discussie heeft op doormigratie binnen de EU.

3.2 Recente ontwikkeling van de factoren van invloed op doormigratie-intenties

Potentieel: aantallen, achtergrond en intenties

Zoals in de inleiding en hoofdstuk 2 al aangegeven is, neemt het aantal geregistreerde Oekraïense ontheemden in de EU nog altijd langzaam maar gestaag toe naar 4,5 miljoen.[108] De intenties van Oekraïense ontheemden om vanuit het eerste dan wel huidige opvangland door te reizen naar landen elders in de EU blijven vrij stabiel laag. Zo volgt uit een recente UNHCR-survey uitgevoerd in Polen, Moldavië, Roemenië en Slowakije dat 98% aldaar een beschermingsstatus heeft aangevraagd.[109] Van de overige 2% geeft het merendeel aan dat zij willen doorreizen naar een ander land. Dit beeld volgt ook uit een onderzoek van de Poolse centrale bank waaruit blijkt dat slechts 2% van de Oekraïense ontheemden wil doormigreren. De meeste Oekraïense ontheemden in Polen die wilden doormigreren naar het westen hebben dat al gedaan.[110] De International Organization for Migration (IOM) geeft ten aanzien van Tsjechië,[111] Estland, Litouwen en Letland een wat hoger percentage aan van 14% dat wil doormigreren naar elders.[112] Recent bevolkingsonderzoek van het Duitse BIB-instituut laat een toename zien van de tevredenheid van Oekraïners in Duitsland over hun leefsituatie van 20 naar 27 procent door onder andere verbeterde taalvaardigheid en perspectieven.[113]

Het percentage Oekraïense ontheemden dat doormigratie intenties heeft, is daarmee nog altijd beperkt. Wel is het zo dat het aandeel ontheemden dat de top-3 landen Duitsland, Polen en Tsjechië gezamenlijk opvangt het laatste jaar wat is gedaald van ruim 60% naar 55%, hetgeen betekent dat de doormigratie (en dus verdeling over meerdere (kleinere) lidstaten) licht toeneemt.[114]

De eerdere geconstateerde stijging van het aantal mannen onder de ontheemden in de EU zet langzaam door tot ongeveer 35% van het totaal.[115] De verandering in demografisch profiel is relevant aangezien is gebleken dat met name vrouwen sterke (familie)banden onderhouden met Oekraïne, minder doormigreren en ook vaker dan mannen tijdelijk terugkeerden,[116] onder meer juist vanwege het weerzien met familieleden, achtergebleven kinderen en echtgenoten.[117] Het onderwerp van mannen die de dienstplicht ontduiken ligt ook zeer gevoelig en is omgeven met sociaal stigma, zowel in Oekraïne zelf als binnen Oekraïense gemeenschappen. Het is de vraag of deze mannen nog vrijwillig naar Oekraïne zullen kunnen of willen terugkeren.[118]

Leefomstandigheden in landen van eerste opvang[119]

Verslechtering van de persoonlijke (leef)omstandigheden in het land van eerste opvang is een drijvende kracht achter doormigratie naar andere landen en daarmee een belangrijke factor in onze monitoring. Hoewel de RTB (mede) bedoeld is om een zo uniform mogelijk beschermingsregime te realiseren, zijn er wel degelijk verschillen in de nationale implementatie van de richtlijn en daarmee verschillen in nationale voorzieningenniveaus.[120] Vanwege deze bestaande verschillen en potentiële beleidswijzingen, de onzekerheid over de verblijfsstatus na maart 2025 en de mogelijke impact daarvan op doormigratie, is het voor de Nederlandse beschermingsopdracht relevant om zicht te houden op de opvang en verblijfssituatie van Oekraïense ontheemden in andere EU landen. Temeer nu er een lichte doormigratie lijkt te zijn vanuit de grote opvanglanden Duitsland, Polen en Tsjechië.[121]

In Duitsland, dat de meeste Oekraïense ontheemden opvangt, is de druk op het gehele asiel- en opvangsysteem hoog, hetgeen koren op de molen is van de AfD dat een veel strenger migratiebeleid voorstaat en het voorzieningenniveau voor Oekraïense ontheemden drastisch wil verlagen. De partij staat op forse winst in de politieke peilingen.[122] Tegelijkertijd zijn er grote protesten tegen de AfD in verschillende delen van het land.[123] Het migratiebeleid in Duitsland laat ook veel dynamiek zien. Zo is er sinds januari 2024 een strikter beleid ingevoerd voor uitgeprocedeerde asielzoekers, die nu gemakkelijker uitgezet kunnen worden (hetgeen ook weer ruimte creëert in de opvangcentra).[124] Het bedrag voor sociale voorzieningen voor Oekraïners in Duitsland is daarentegen verhoogd met 12% begin 2024 ter bevordering van hun leefsituatie. Maar er zit ook wetgeving in de pijplijn om uitkeringen te beperken voor Oekraïners die zonder goede reden banen weigeren. De regel zal tot sancties kunnen leiden bij weigering van werk na twee maanden, variërend van 10 tot 100%. Verwacht wordt dat bij aanname van deze wet implementatie mogelijk wordt in de eerste maanden van 2024.[125]

Tegelijkertijd is in november (een deel van) de nieuwe Duitse arbeidsmigratiewetgeving in werking getreden, die de toegang van migranten tot de arbeidsmarkt moet vergemakkelijken.[126] Zo wordt het gemakkelijker om aan kwalificaties te voldoen of om buitenlandse kwalificaties om te zetten naar Duitse en worden taaleisen verruimd. De volgende stap met nieuwe maatregelen wordt in maart 2024 verwacht.[127] Deze economische focus is ook zichtbaar in het (langeretermijn)beleid ten aanzien van Oekraïense ontheemden. Het idee achter integratie in de arbeidsmarkt is echter ook dat Oekraïense ontheemden op deze manier gestimuleerd worden om eigen huisvesting te vinden en financieel zelfredzaam zijn. Het beleid in Duitsland is dus om verschillende redenen gericht op lange termijn integratie van Oekraïense ontheemden.

Tot slot wordt de burgerschapswet in Duitsland aangepast. Dit houdt in dat een dubbele nationaliteit mogelijk wordt, en naturalisatie al na 5 in plaats van 8 jaar kan plaatsvinden. Ook krijgen in Duitsland geboren kinderen sneller de Duitse nationaliteit. Deze aanpassingen zijn op 19 januari 2024 door het parlement goedgekeurd.[128] Dit zou ertoe kunnen leiden dat het aantrekkelijker wordt om in Duitsland te blijven voor Oekraïners die gevlucht zijn, vooral nu ook in Oekraïne de mogelijkheid van dubbele nationaliteit is aangekondigd. Overigens heeft de Duitse minister van Justitie Buschmann in reactie op de uitspraak van president Zelensky over terugkeer van mannen naar Oekraïne aangegeven dat Duitsland dienstplichtige Oekraïense mannen niet tegen hun wil zal terugsturen.[129]

In Polen heeft premier Donald Tusk inmiddels een nieuwe regering gevormd en wordt er onder leiding van de nieuwe onderminister van Binnenlandse Zaken, professor Maciej Duszczyk, een migratie-expert, gewerkt aan een nieuw migratiebeleid.[130] Nog onduidelijk is wat hiervan de gevolgen zijn voor de Oekraïense ontheemden op de langere termijn. De huidige speciale beschermingswet die zou aflopen op 4 maart 2024, wordt in ieder met een half jaar verlengd terwijl deze nieuwe regels worden uitgewerkt.[131] De maatschappelijke steun voor opvang van de Oekraïense ontheemden is gestegen van 57 naar 62%.[132] Het gebrek aan adequate huisvesting en het niet financieel zelfredzaam zijn blijft een probleem voor de Oekraïners in Polen,[133] maar ook in andere opvanglanden in de regio.[134] Van de OESO-landen heeft Polen het hoogste aandeel werkzame Oekraïense ontheemden (65%), en werk bindt mensen aan het land. In landen als Moldavië, Roemenië en Slowakije (42%) en zeker ook Italië (19%) is dat lager.[135] Vaak is het niet spreken van de taal het grootste struikelblok in laatstgenoemde landen.[136] Maar ook in Polen is er sprake van onzekere contracten, banen onder niveau, te lage lonen en discriminatie op de arbeidsmarkt.[137]

Op 20 december 2023 is in Tsjechië het nationale RTB implementatiebesluit (‘Lex Ukraine’) parlementair goedgekeurd. Dit betekent onder andere dat Oekraïense ontheemden die langer dan 90 dagen in een collectieve accommodatie verblijven, vanaf september 2024 zelf voor hun verblijf moeten gaan betalen.[138] Dit is een verdere aanscherping van het beleid van juli 2023, toen de grens al naar 150 dagen ging. Bovendien worden de speciale onderwijsklassen voor Oekraïense kinderen op scholen afgeschaft. Het nationale beleid verschuift van humanitaire ondersteuning naar de sociaaleconomische integratie en zelfredzaamheid van Oekraïense ontheemden, mede door de toenemende nadruk op reguliere huisvesting. De huisvestingstoeslag voor Oekraïense vluchtelingen wordt echter mogelijk verhoogd (over het exacte bedrag wordt nog gediscussieerd).[139]

Waar veranderingen in de leefomstandigheden in de grootste opvanglanden potentieel de grootste (kwantitatieve) impact op doormigratie hebben, kunnen ook beleidswijzigingen in andere landen leiden tot doormigratie binnen de EU. Voor Nederland is het naast Duitsland daarom ook relevant om ons andere buurland België nader onder de loep te nemen.

In België is er recent geen sprake van een grote toename van aantallen ontheemden,[140] en zijn er ook geen federale beleidswijzigingen rondom het voorzieningenniveau bekend.[141] België kampt met een nog grotere opvangcrisis dan Nederland, dus huisvesting is ook daar een uitdaging.[142] Er wordt met name in Vlaanderen geïnvesteerd in de arbeidsparticipatie en het verminderen van obstakels als taal en erkenning van kwalificaties.[143] Oekraïners schrijven zich meer in als werkzoekende. Een deel van de Oekraïners werkt mogelijk ook nog online of via eigen netwerken, zonder dat ze officieel zijn geregistreerd als werkzoekende.[144] Het overgrote deel van de Oekraïense ontheemden in de werkzame leeftijd (91%) geeft aan te willen werken en de helft overweegt om (permanent) in België te blijven.[145]

België in cijfers en regionaal beleid[146]

In België is het aantal Oekraïners dat een ‘certificaat’ heeft gekregen lager gebleven dan verwacht. In een ‘worst case’ scenario werd uitgegaan van 120.000 ontheemden alleen in Vlaanderen (60% van de totale instroom in België in dit scenario).[147] In januari 2024 blijkt de instroom lager. In totaal zijn er volgens berichten in januari 2024 in België ongeveer 78.000 Oekraïners (met een tijdelijk beschermingscertificaat), waarvan de meesten, 35.000, in Vlaanderen.[148] 59,8% van hen zijn vrouw en 31,9% zijn minderjarig. Er zijn 1381 alleenstaande minderjarigen.[149] De afgelopen periode krijgen er per maand nog ongeveer 1.000 tot 1.350 Oekraïners een attest van tijdelijke bescherming. De meesten, 60%, gaan naar Vlaanderen.[150]

Vlaanderen

Vlaanderen zet in op inburgering en integratie van Oekraïners. Huisvesting en toeleiding naar werk zijn belangrijke uitdagingen. Met name kwetsbaren krijgen ondersteuning bij de toegang tot (nood)opvang. In januari 2024 zijn van de 35.000 ontheemden in Vlaanderen de meesten doorgestroomd naar de private huurmarkt.[151] Ongeveer 5.700 mensen verblijven in tijdelijk gesubsidieerde opvang. Er zijn nooddorpen in Antwerpen, Mechelen en Gent waar ongeveer 1.200 mensen verblijven. In Vlaanderen is actief ingezet op inburgeringstrajecten die op vrijwillige basis kunnen worden doorlopen. Er zijn meer dan 15.000 opgestarte trajecten voor individuele begeleiding en meer dan 20.000 inschrijvingen voor lessen Nederlands als tweede taal. De toeleiding naar werk verloopt nog moeizaam. Wel zijn inmiddels 54% van de Oekraïners ingeschreven als werkzoekende bij de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling.

Wallonië

In Wallonië verbleven in juni 2023 ruim 10. 000 (bij de plaatselijke overheden geregistreerde) Oekraïners. In december 2023 werd voor Wallonië geconstateerd dat het aantal mensen dat een sociale uitkering in Oekraïne ontvangt aanzienlijk is toegenomen door de komst van Oekraïense ontheemden.[152] De verwachting van het Institut wallon de l'évaluation, de la prospective et de la statistique (Iweps) in december 2023 is dat het aantal nog verder zal toenemen.[153] Het aantal werkenden in Wallonië neemt ook toe door de komst van Oekraïense ontheemden. Omdat Oekraïners zich kunnen inschrijven als werkzoekende is ook het aantal geregistreerde werklozen toegenomen. Oekraïners komen doorgaans niet aanmerking voor een werkloosheidsuitkering. De komst van Oekraïners betekent dat het aantal werklozen met 4.500 personen is toegenomen, hoewel het totaal aantal mensen in Wallonië dat in aanmerking komt voor een uitkering is afgenomen met 6.900 personen. Iweps rapporteert in december 2023 verder dat het debat in Wallonië over het algemeen positief is. Echter, de gunstiger behandeling van Oekraïners met betrekking tot huisvesting, opvang en voorzieningen, leidt tot enige onvrede onder de lokale bevolking en andere migranten. Tot die migranten die minder gunstig worden behandeld horen ook personen met een andere dan de Oekraïense nationaliteit die in Oekraïne leefden. Deze laatste groep krijgt in België geen voorzieningen.

Brussels Hoofdstedelijk gewest

In het Brussels Hoofdstedelijk gewest is de komst van Oekraïners een belangrijke factor voor bevolkingsgroei. In eerste instantie is in Brussel ingezet op opvang bij particulieren, vervolgens bij lokale overheden en een collectieve opvang door het gewest.[154] Begin 2023 waren er 10.700 Oekraïense ontheemden in Brussel. In december 2023 is het aantal Oekraïners dat sinds het begin van het grootschalige conflict naar de regio Brussel is gekomen nog steeds rond 10.800.[155] Naar verhouding is dat per inwoner meer dan in Vlaanderen en Wallonië. De Oekraïners leven verspreid door het land, zowel in België als geheel als in de regio Brussel. Ook in Brussel is het merendeel van de ontheemden vrouw (61%) of kind.

Een aantal landen rondom Oekraïne worstelt nog altijd met het bieden van een adequaat voorzieningenniveau. Zo is in Bulgarije weliswaar eind december 2023 besloten om het programma voor humanitaire hulp aan Oekraïense ontheemden te verlengen,[156] maar waren driekwart van de Oekraïense kinderen in 2022-2023 niet ingeschreven bij een lokale school,[157] en zijn er problemen met de toegang tot zorg.[158] Slechte toegang tot gezondheidszorgvoorzieningen is ook een veelvoorkomend probleem in Slovakije en Moldavië. Het restrictieve wettelijke kader dat de toegang tot medische diensten voor tijdelijk beschermden beperkt, leidt tot lange wachttijden en hoge medische kosten.[159] In Roemenië is met name de economische kwetsbaarheid van Oekraïense ontheemden zorgelijk: 70% van Oekraïense ontheemden gaf in oktober 2023 aan dat ze een duidelijke daling van de koopkracht merkt in vergelijking met de eerste maanden in Roemenië.[160] In Hongarije neemt het tekort aan duurzame sociale en financiële hulp voor Oekraïners toe, naarmate de vluchtelingencrisis voortduurt: 3 van de 4 vluchtelingenhuishoudens geeft aan niet in prioritaire behoeften als huisvesting en voeding te kunnen voorzien.[161] De regering van Letland heeft op 19 december 2023 aangekondigd dat het actieplan voor de steun aan Oekraïners in 2024 verlengd wordt.[162] Een nieuwe maatregel is dat er bij vaststellen van het leefgeld uitgegaan wordt van het principe dat de steun aan Oekraïense ontheemden niet hoger mag zijn dan die voor de Letse bevolking. Duurzame huisvesting en inschrijving in lokale scholen blijven ook problematisch, waarbij slechts 39% van Oekraïense ontheemden tussen 7 en 17 jaar is ingeschreven bij lokale Letse scholen.[163]

Tot slot zijn diverse Europese landen die geografisch verder afliggen van Oekraïne, bezig met beleidswijzigingen. Zo heeft de Ierse regering een wetvoorstel ingediend om vanaf februari 2024 een tijdslimiet van 90 dagen te hanteren voor verblijf in een centrale opvanglokatie.[164] Daarnaast wordt de financiële steun voor Oekraïense ontheemden die in dergelijk rijksopvang verblijven verlaagd van 220 naar 38,80 euro per week.[165] Schotland heeft op 7 december 2023 aangekondigd niet langer te voorzien in langdurige opvang van overheidswege, omdat deze niet geschikt zou zijn in relatie tot de langere termijn integratiebehoeften van Oekraïense vluchtelingen.[166]

In de Italiaanse begrotingswet voor 2024 is bepaald dat vanaf januari 2024 tijdelijke vergunningen van Oekraïense ontheemden kunnen worden omgezet in werkvergunningen. Dit biedt degenen die geïntegreerd zijn in de Italiaanse samenleving de mogelijkheid om zich voor langere tijd in Italië te vestigen.[167] Hiervoor moeten Oekraïense aanvragers voldoen aan verschillende criteria, waaronder het bezitten van een lokaal arbeidscontract. Noorwegen, geen EU-lid, heeft eind januari 2024 een verscherping van de regels ten aanzien van Oekraïense ontheemden aangekondigd. Zo wordt financiële steun niet langer verleend aan Oekraïense ontheemden die niet in opvangcentra wonen, is er een verblijfeis van 12 maanden geïntroduceerd voor het recht op een eenmalige uitkering en wordt een langere verblijfsperiode vereist om een uitkering te kunnen ontvangen.[168] Bovendien kunnen Oekraïners die tijdelijk naar huis reizen sinds 12 december 2023 hun verblijfsvergunning in Noorwegen verliezen.[169]

Familie/netwerken en feitelijke doorreismogelijkheden

Uit de verschillende surveys volgt keer op keer dat aanwezigheid van familie en vrienden een van de belangrijkste redenen is voor (door)migratiebewegingen. Dit verklaart deels ook de beperkte doormigratie vanuit de grootste opvanglanden: men verkiest in de nabijheid van familie en vrienden te blijven. Ook vanuit landen met een grote diaspora zoals Italië en Spanje is weinig beweging waar te nemen. Gezien het grote belang dat Oekraïense ontheemden hechten aan familiebanden, is het relevant, zeker komend jaar tijdens de laatste verlenging van de RTB, om te monitoren of, waar en op welke wijze gezinshereniging plaatsvindt, zeker nu meer mannen Oekraïne blijken uit te reizen en zich voegen bij de rest van hun gezin.

Nu de RTB is verlengd tot maart 2025, blijft het (juridische) beschermingsregime voor Oekraïense ontheemden voorlopig onveranderd, net als het recht op vrije keuze van het bestemmingsland in de EU, en wedertoelating in het gastland na tijdelijk verblijf elders, waaronder ook in Oekraïne. Het hebben of verkrijgen van (identiteits)documenten om te kunnen reizen blijft voor een kwart van de Oekraïense huishoudens problematisch,[170] net als de toegang tot informatie. Onderzoek geeft aan dat Oekrainse ontheemden meer informatie nodig hebben over financiële steun (39%), baanmogelijk­heden (25%), gezondheidszorg (24%), juridische verblijfsstatus (17%), en accommodatie (15%).[171] Het deel van de ontheemden dat problemen ondervindt bij het herkrijgen van toegang tot rechten en voorzieningen na tijdelijk vertrek uit het opvangland neemt wat toe van 10% naar 15%.[172] Dit is een relatief klein aantal, maar kan er wel toe leiden dat ontheemden deze risico’s meewegen in hun beslissingen.

3.3 Impact op doormigratie-intenties en kritieke gebeurtenissen

Ondanks dat het totaal aantal ontheemden langzaam blijft toenemen, zijn er nog geen grote verschuivingen in migratiebewegingen van Oekraïense ontheemden binnen de EU, hoewel Duitsland de koppositie als grootste opvangland van Polen heeft overgenomen. Tot nu toe migreren Oekraïense ontheemden maar beperkt door binnen de EU en naar Nederland. Nederland is wel een aantrekkelijk land in de subkopgroep, hetgeen ook zichtbaar is in een enigszins hoger aandeel binnen het totaal aantal geregistreerde ontheemden in de EU (2,6% voor Nederland, vergeleken met 2,4% gemiddeld). Vooralsnog gaat het niet om enorme aantallen en verschuift Nederland ook niet qua ‘ranking’ in het overzicht met bestemmingslanden.

Bescherming in de nabijheid van Oekraïne, de aanwezigheid van familie en netwerken en de kans op goede leef- en werkomstandigheden blijven belangrijke overwegingen voor de keuze van het gastland.[173] Er zijn geen significante belemmeringen voor doorreizen binnen de EU, en de praktische problemen rondom het opnieuw verkrijgen van een verblijfstitel en toegang tot voorzieningen voor tijdelijke bescherming spelen vooral ten aanzien van terugkeer na tijdelijk verblijf in Oekraïne. Dit beeld verandert naar verwachting alleen in het geval van substantiële wijzigingen in de persoonlijke (leef)omstandigheden dan wel toekomstperspectief van de ontheemden in het eerste opvangland, dan wel bij het ontstaan van significante verschillen in de beschermingsregimes tussen die eerste opvanglanden en Nederland.

Gezien de geografische nabijheid van Duitsland als grootste opvangland met meer dan een miljoen Oekraïense ontheemden, blijft het voor het inschatten van de beschermingsopdracht voor Nederland van groot belang om de situatie in Duitsland te volgen. Waar vooralsnog de aantrekkelijkheid van Duitsland voor Oekraïense ontheemden geborgd is vanwege het economische perspectief en de focus op langeretermijn integratiebeleid, kan het politieke klimaat dat beeld en beleid doen kantelen. Als een paar procent van de ontheemden besluit naar Nederland door te reizen, kan dit grote gevolgen hebben voor de Nederlandse opvangcapaciteit. Op dit moment rommelt het in Duitsland: de anti-migratie standpunten van de AfD die er sterk voorstaat in de peilingen leiden tot onrust en polarisatie in de samenleving. Verder zit Duitsland midden in een aantal wijzigingen in de migratiewetgeving. Dit gaat deels om aanscherpingen, maar ook om het faciliteren van arbeidsparticipatie van migranten, waaronder ook Oekraïense ontheemden.

Deze toch wat ambivalente houding is ook zichtbaar in andere lidstaten. Zoals verwacht[174] wordt in diverse lidstaten het moment van de implementatie van het RTB verlengingsbesluit aangegrepen om beleid aan te passen. Onder verwijzing naar inzet op sociaaleconomische zelfredzaamheid en integratie worden voorzieningen beperkt en teruggedraaid.

Tot slot zullen het komende jaar ook de EU-brede politieke discussies over het vervolg op de huidige driejaarstermijn van de RTB hun schaduw vooruitwerpen. Gaat men er binnen de EU uitkomen? Wordt er alsnog verlenging mogelijk via artikel 4 van de RTB? En is dit dan met of zonder toepassing van het Dublinsysteem? Of gaat de RTB alleen gelden voor de meer onveilige oostelijke oblasts en wordt het westen van Oekraïne een ‘vestigingsalternatief’? Of zal het beschermingsregime voor Oekraïners weer worden overgelaten aan de beleidsdiscretie van EU-lidstaten en worden nationale asielprocedures (weer) toegepast? Elk van deze keuzes zal potentieel impact hebben op migratiebewegingen binnen de EU.

Op 17 januari 2024 heeft de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak gedaan over de toepassing van de Richtlijn op derdelanders (vreemdelingen die niet de Oekraïense nationaliteit hebben maar ten tijde van de invasie in Oekraïne verbleven). Clingendael is eerder niet op dit vraagstuk ingegaan gezien de beperkte omvang van de groep en de beperkte impact van de nationale besluitvorming op de omvang van de beschermingsopdracht voor Nederland. Om die reden valt dit vraagstuk buiten onze opdracht.
Tweede Kamer, Wetgevingsoverleg asiel en migratie d.d. 29 januari 2024.
Zie bijvoorbeeld artikel 2, 5 en 6 van de RTB.
UNHCR, “Operational Data Portal Ukraine”, geraadpleegd op 7 maart 2024, en Eurostat, “Beneficiaries of temporary protection at the end of the month by citizenship, age and sex – monthly data”, geraadpleegd op 7 maart 2024.
UNHCR, “Displacement Patterns, Protection Risks and Needs of Refugees from Ukraine”, 15 november 2023. Een iets bredere uitgezette survey spreekt over 95%.
Naar schatting is een derde van de Oekraïense ontheemden vanuit Tsjechië teruggekeerd naar Oekraïne en is 1,5% (daadwerkelijk) door gemigreerd naar een ander EU-land. Zie Ministerstvo vnitra České republiky (mvcr.cz), “V Č esk é republice je aktu á ln ě 325 tis í c uprchl í k ů z Ukrajiny,” geraadpleegd 4 januari 2024.
IOM, “Ukrainian Crisis Response- Regional Analysis 2023”, survey van Q3 (Tsjechië, Estland, Litouwen, Letland), 5 december 2023.
Andreas Ette et al., “Lebenssituation Ukrainischer Geflüchteter,” BIB-Analyse, nr. 6 2023.
Gebaseerd op statische informatie van de Europese Commissie.
Eurostat, “Temporary protection for persons fleeing Ukraine - monthly statistics”, geraadpleegd 5 februari 2024.
Ukrainian Women's Congress, “Prerequisites for returning to Ukraine to participate in the reconstruction of Ukrainian women who found temporary shelter abroad”, november 2023.
Tony Blomqvist Mickelsson, “Safety, Shame, and Ambiguity — the Case of Ukrainian Male Refugees”, International Migration Review, november 2023.
Ontwikkelingen die mogelijk een verslechtering van het voorzieningenniveau inhouden, en daarmee leiden tot een heroverweging van het gastland: Yulia Nedashkivska “Geography of Ukrainian refugees in the EU”, Censor.net, 22 november 2023.
Zie paragraaf 3.2 onder ‘potentieel’.
Deze protesten ontstonden met name nadat onderzoeksplatform Correctiv aan het licht bracht dat er op een bijeenkomst van de partij gesproken is over massadeportaties en ‘remigratie’ gebaseerd op racistische criteria. Zie “Geheimplan gegen Deutschland, ” Correctiv, 10 januari 2023.
German Federal Government, “EU Blue Card,” geraadpleegd 28 januari 2023.
Andrea Grunau, “Changes to Germany ’ s skilled immigration rules take effect,” DW, 18 november 2023.
Ben Knight, “Germany reforms citizenship law,” DW, 19 januari 2024.
Agnieszka Jedrzejczyk, “MSWiA mówi, jak przygotuje strategię migracyjną Polski”, OKO Press, 1 februari 2024.
Acaps, “Ukraine Social protection overview,” 21 november 2023.
Polski Instytut Ekonomiczny “65 proc. ukraińskich uchodźców pracuje, ale polski rynek pracy to dla nich wiele wyzwań,” 31 januari 2024; Acaps, “Ukraine Social protection overview,” 21 november 2023. Zie ook link
Statbel, “Ontheemden uit Oekraïne”, laatste update 12 december.
Informatie van VluchtelingenWerk Vlaanderen, februari 2024.
Informatie van VluchtelingenWerk Vlaanderen, februari 2024.
The Brussels Times, Most Ukrainian refugees remain outside Belgian Labour market”, 12 augustus 2023; Maxime Biermé, “Language, the main barrier to employment for Ukrainians”, Le Soir, 11 augusutus 2023.
Trends/Tendances, Belgique, “Très peu de réfugiés ukrainiens ont trouvé un emploi”, 12 augustus 2023.
De cijfers in België kunnen enige discrepanties vertonen omdat de registratie van Tijdelijk Beschermden en de inschrijving in gemeenten en uitkerende instanties uiteen kunnen lopen. Via Statbel worden cijfers van het Nationaal Crisiscentrum en Fedasil nationaal gekoppeld.
Zie bijvoorbeeld Vlaamse regering, “Task Force Oekraïne. Vlaanderen helpt Oekraïne, 5e uitvoeringsrapportering”, september 2023.
Stabel, “Ontheemden uit Oekraïne, Dashboard,” geraadpleegd 2 februari 2024. Zie ook Kathleen Heylen, “Nog 35.000 Oekraïense vluchtelingen in Vlaanderen: "Kennis van taal groeit, meer mensen begeleid naar werk", VRT news, 25 januari 2024.
Stabel, “Ontheemden uit Oekraïne, Dashboard,” geraadpleegd 2 februari 2024.
De specialist, Brussel vangt dubbel zoveel Oekraïense vluchtelingen op als afgesproken.
Jean-Pierre Hermia, “Baromètre démographique 2023 de la Région de Bruxelles-Capitale”, Ibsa, december 2023.
UNHCR, “Ukraine Situation – Regional Refugee Response Plan,” januari 2024, p. 33.
Toegang tot medische voorzieningen is een van de meest ‘urgent needs’ van Oekrainse ontheemden. Zie UNHCR, “Ukraine Situation – Regional Refugee Response Plan,” januari 2024, p. 32. Het land ontvangt wel een EU4Health subsidie van de Europese Commissie om de gezondheidszorg voor Oekraïense vluchtelingen te kunnen verbeteren. The Sofia Globe, “Bulgaria among countries to get EU4Health grant to boost healthcare for Ukrainian refugees,” 6 december 2023.
UNHCR, “Ukraine Situation – Regional Refugee Response Plan,” januari 2024, p. 169.
UNHCR, “Ukraine Situation – Regional Refugee Response Plan,” januari 2024, p. 77.
Cabinet of Ministers Republic of Latvia, “Ukrainian civilians in Latvia will continue to receive assistance in 2024,” 19 december 2023.
UNHCR, “Ukraine Situation – Regional Refugee Response Plan,” januari 2024, p.97.
Scottish Government, “Helping Ukrainians into longer term housing,” 7 december 2023.
Pietro Derossi, “Extension and conversion: residence permit for Ukrainians,” Italian Visa, 19 janauri 2024.
Bleona Restelica, “Norway tightens rules for Ukrainian refugees to control influx,” SchenvenVisa News, 29 januari 2024.
UNHCR “Regional Protection Profiling & Monitoring”, geraadpleegd 2 februari 2024.
Zie vorige Clingendael rapport.