Research

Security and Defence

Op-ed

De kwestie Noord-Korea

11 Apr 2013 - 16:59

Begrip hebben voor Noord-Korea? Ik verkies toch liever de internationale rechtsorde. Opvallend hoe begripvol Koreanologen zijn over het gedrag van het stalinistische zorgenkind. In politieke analyses krijgt Noord-Korea meestal de zwartepiet toebedeeld, maar hoogleraar Koreaanse Studies Remco Breuker zorgt voor een verfrissende nuance.

We begrijpen de noordelijke helft van het schiereiland totaal verkeerd en als het oorlog wordt, hebben we dat zo'n beetje aan onszelf te danken.

Ik sta werkelijk open voor alle geluiden die het raadselachtige gedrag van Kim Jong-un kunnen verklaren, en voor elke poging van Korea-kenners (ik ben dat niet) om mijn verkokerde blik te verwijden. 'Bereid je maar voor op een oorlog met Noord-Korea,' luidde de kop boven een stuk van Breuker in NRC Handelsblad van 12 maart. Hij schrijft dat Noord-Korea uitblinkt in crisisdiplomatie en daarbij 'telkens tot het randje gaat'. Maar dat geldt volgens hem ook voor het beleid van Zuid-Korea en de VS. En: 'De EU volgt dit beleid klakkeloos. Nederland ook, getuige de uitspraken van minister Timmermans na de Noord-Koreaanse kernproef van afgelopen maand' (12 februari, KC).

Dit beleid 'dweept met het morele gelijk' volgens Breuker, wat weer steunt op vier foute vooronderstellingen: Noord-Korea is een affront voor de mens(elijk)heid, is daarom fundamenteel instabiel, de VS, Japan, Zuid-Korea en de EU bespoedigen het proces van instorten en het Noord-Kore­aanse volk wacht op regimewisseling. En daarom denken wij, zegt Breu­ker, dat 'militaire interventie legitiem en misschien noodzakelijk (is).'

Een misvatting, volgens Breuker, want druk van buiten houdt het regime nu juist in het zadel. De militaire oefeningen die de VS en Zuid-Korea (elk voorjaar) houden, zijn 'een provocatie van dezelfde orde als de Noord-Koreaanse kernproef' en 'sancties werken ook averechts'. En 'daarom moet de besluitvorming over Noord-Korea in Washington weg. De EU zal zich op eigen analyses moeten verlaten en niet op die van de Amerikaanse beleidsmakers. Ook de media spelen hierin een rol. Zij moeten de Amerikaanse lead minder vaak kritiekloos volgen.'

Hier zijn toch een paar kanttekeningen bij te maken. Ruim tien jaar geleden bleek Noord-Korea een atoomprogramma te hebben. Dat was niet alleen geheim maar ook illegaal, want als lid van het non-proliferatieverdrag moet je dergelijke programma's bij het Internationaal Atoomagent­schap melden, opdat controleurs kunnen vaststellen dat die activiteiten vreedzaam van aard zijn. Noord-Korea speelde de vermoorde onschuld, maakte een eind aan de IAEA-inspecties en trok zich op 10 januari 2003 eenzijdig terug uit het non-proliferatieverdrag. Het vuurde raketten af in de richting van Japan, nam tussen 2006 en 2013 atoomproeven, werd in de loop der jaren meermalen veroordeeld door het IAEA en de VN-Veiligheidsraad, lapte resoluties aan zijn laars, schoot op 26 maart 2010 het Zuid-Koreaanse oorlogsschip Cheo­nan in internationale wateren naar de zeebodem (46 doden) en bestookte op 23 november dat jaar het Zuid-Koreaanse eiland Yeonpyeong (4 doden).

Het is onmogelijk om hier álle incidenten die zich de afgelopen, zeg, twintig jaar hebben afgespeeld te herhalen. Uit wraak voor sancties tegen een verboden raketproef in december jongsleden nam NoordKorea op 12 februari een (derde) atoomproef, en uit woede over extra sancties dáártegen dreigde het nu dus weer met een nucleaire aanval op de VS. Afgezien van dat volslagen krankzinnige en kansloze dreigement, dat in het gangbare verkeer tussen landen niet 'tot het randje' maar ver daaroverheen gaat, roept dit de vraag op welke beoordelingsnorm hier nu op zijn plaats is.

Is het die van de Koreanoloog die zich beroept op de interne logica en regimepathologie van 'zijn' Noord-Korea? Of is het de norm van de rest van de wereld, die via moeizaam bevochten, maar daarom juist geenszins lichtzinnige, volkenrechtelijke beslissingen het regime van de Kim-dynastie in staat van beschuldiging stelt? Ik denk het laatste, en dat nog niet eens omdat ik Noord-Korea een gevaarlijk en akelig land vind. Als volmaakt begrip voor het medische dossier van 193 staten, en zo'n dossier hebben ze allemaal, een reden wordt voor uitzon­de­rings­behandeling in de internationale politiek, verkies ik de onvolmaakte gedragscode van de internationale rechtsorde als de wenselijke norm. Liever verblind door begrip voor het universele dan door het excuus van de linksrijdende egomaan.