Research

Articles

Definitieve vrede heeft alleen kans wanneer Hamas gesprekspartner wordt - Israël moet gaan praten met Hamas

17 Feb 2005 - 12:49
Is de eerste top van Israëlische en Palestijnse leiders in vier jaar het begin van vrede? Alleen als Hamas partner in het overleg wordt, meent Maurits BergerAfgelopen dinsdag hebben de Palestijnse en Israëlische leiders elkaar voor het eerst sinds vier jaar weer de hand geschud. Iedereen sprak de hoop uit dat de vrede weer een kans krijgt, om te beginnen met een 'bestand' tussen beide zijden, en een terugtrekking van het Israëlische leger uit Gaza en enkele steden op de westelijke Jordaanoever.

Inmiddels zijn vervolgbesprekingen door Israël opgeschort omdat Hamas beschietingen heeft uitgevoerd op een Israëlische nederzetting in Gaza. Dat was weer in reactie op een Palestijn die was gedood door Israëli's.

Dat belooft niet veel goeds. Is de handdruk in de badplaats Sharm el-Sheikh voldoende ferm om die zuigende werking van geweld te weerstaan?

De situatie vertoont veel gelijkenissen met de tijd rond de Oslo-akkoorden van 1993. Ook toen luidde het motto dat eerst voorzichtig geprobeerd moest worden het wederzijdse vertrouwen winnen en dan pas de meer gevoelige onderwerpen over de definitieve status van de Palestijnse staat aan te pakken.

Maar het Palestijns-Israëlisch conflict is nimmer zo bloederig en gewelddadig geweest als in de periode na 1993. Het jaar zelf markeerde de eerste zelfmoordaanslag van Hamas, die daarmee een nieuwe vorm van terreur tegen de Israëlische bevolking ontketende. Hamas ziet dat overigens als gerechtvaardigde zelfverdediging: voor iedere dode Palestijnse burger mogen zij terugslaan.

Omgekeerd zag Israël zich genoodzaakt hard in te grijpen, wat in april 2000 culmineerde in de Israëlische militaire invasie van de Palestijnse gebieden die onder Palestijns bestuur stonden.

Deze geweldsspiraal is het grote schrikbeeld dat iedereen voor ogen staat. De grote afwezigen op de top waren daarom degenen die de nieuwe wapenstilstand kunnen maken of breken: de islamitische verzetsbewegingen Hamas en Islamitische Jihad. Zij hebben zich wel bereid verklaard bij te dragen aan een 'kalmeringsfase', maar vinden een 'bestand' niet aan de orde zolang Israël de Palestijnse gebieden bezet houdt en zich schuldig maakt aan 'misdaden tegen het Palestijnse volk in de Gazastrook'.

De grote vraag is of de Palestijnse president Abbas de islamitische verzetsbewegingen in de hand heeft. Er zouden afspraken zijn gemaakt, maar de onduidelijkheid hierover is op zichzelf al reden voor somberheid. Hoopgevend is echter dat de islamitische bewegingen hebben aangegeven zelf te willen plaatsnemen aan de onderhandelingstafel.

Er waren al langere tijd signalen vanuit Hamas die getuigden van realiteitszin en de bereidheid tot compromissen. Israël is echter wantrouwend en wenst niet te onderhandelen met een terroristische organistatie die het opheffen van 'de Zionistische entiteit' in haar handvest heeft staan. Dat is terecht, maar ook de PLO was een terroristische organisatie die uit was op de vernietiging van de staat Israël. Toch koos Israël ervoor toenadering te zoeken tot de gematigde meerderheid binnen de PLO, wat leidde tot de Oslo-akkoorden.

Een soortgelijk scenario met Hamas is niet allen mogelijk, maar ook wenselijk. Het is mogelijk omdat Hamas een organisatie is die veel breder is dan haar gewapende vleugel. Als zovele 'verzets'-organisaties in de wereld ANC, IRA, PLO heeft zij niet alleen een militante tak, maar ook een civiele en politieke tak. Daar kunnen zaken mee gedaan worden.

Al decennia vervult Hamas een belangrijke maatschappelijke functie door te voorzien in gezondheidszorg, scholing en financiële steun voor de Palestijnse gemeenschap. In deze hoedanigheid is Hamas inmiddels uitgegroeid tot een grote en goed georganiseerde organisatie die onder de Palestijnse bevolking groot aanzien geniet.

Dit laat onverlet dat president Abbas kan bogen op een brede steun van de Palestijnse bevolking die hebben gestemd op zijn programma dat uitdrukkelijk staat voor het afzweren van terreur en geweld aan Palestijnse zijde en het heropenen van onderhandelingen met Israël. Maar stemmen tegen geweld betekent niet automatisch dat tegen Hamas is gestemd. Het politieke en civiele draagvlak van Hamas is nog steeds groot, en een definitieve vrede heeft alleen kans van slagen wanneer Hamas als gesprekspartner bij de Palestijns-Israëlische besprekingen wordt betrokken.

De kunst is om juist toenadering te zoeken tot de politieke en gematigde stemmen binnen Hamas die de wapens kunnen doen zwijgen en voldoende steun hebben van de achterban. Dit zal moeilijk worden. Voor Israël is het slikken, want Hamas heeft veel bloed aan de handen. Maar het land heeft geen keus: net als de PLO kan Hamas niet vernietigd worden, juist omdat het een brede maatschappelijk organisatie is en niet alleen een kleine militante cel.

Ook president Abbas zal voorzichtig zijn, want als hij Hamas eenmaal onder zijn vleugels heeft zal Israël hem persoonlijk aanspreken op iedere actie van individuele militanten. Dat is echter precies de reden dat Hamas als zelfstandig gesprekspartner moet kunnen optreden, want alleen zij kan een halt toeroepen aan het geweld, en alleen zij kan daar verantwoordelijk voor worden gehouden.

Het moment om met Hamas te spreken lijkt rijp. Al is het maar omdat zij zelf aangeven bereid te zijn met Israël te spreken.