Research

Europe and the EU

Reports and papers

Samenwerking en coalitiepatronen in de Europese Unie

17 Jun 2016 - 15:42
Bron: doegoex/flickr

Nederland op de Europese politieke assen

De vraag die in dit onderzoek centraal staat, is of en in hoeverre in de Europese Unie sprake is van structurele c.q. geïnstitutionaliseerde samenwerkingspatronen tussen lidstaten; d.w.z. meer of minder vaste coalities waarbij lidstaten door (voor-)overleg, afstemming en samenwerking hun positie in het EU-besluitvormingsproces pogen te versterken. Een vervolgvraag is wat dergelijke samenwerkingsverbanden voor het Nederlands opereren binnen de EU betekenen. Is Nederland een speler in dit coalitiespel of is het een uitenstaander?

Onderzoek naar coalitiepatronen in de EU is vaak gericht op de uitkomst van stemmingen in de Raad. Hoewel dit een beeld geeft van het uiteindelijk resultaat van de onderhandelingen, biedt het geen inzicht in het proces van de vorming en totstandkoming van meerderheden c.q. besluiten. Dat speelt zich in belangrijke mate af in de fasen voorafgaan aan de formele eindfase van besluitvorming in de Raad. 

Juist tijdens deze voorfasen van het besluitvormingsproces kunnen gestructureerde vormen van samenwerking een rol van betekenis spelen. Om inzicht te krijgen in de rol van gestructureerde vormen van samenwerking tussen lidstaten – territoriaal dan wel thema-specifiek – wordt in deze discussiepaper daarom in het bijzonder gekeken naar coalitiepatronen in de voorfase van de besluitvorming. Hierbij wordt verondersteld dat naast de fase ook het niveau – d.w.z. ambtelijk, diplomatiek en/of politiek – en vanzelfsprekend het beleidsterrein bepalend zijn voor de wijze van samenwerking tussen lidstaten.

Deze vraagstelling is om een drietal redenen relevant en actueel: ten eerste is er de toegenomen noodzaak voor lidstaten tot coalitievorming tijdens het raadstraject.

Een tweede factor betreft de als gevolg hiervan veranderde onderhandelingsdynamiek binnen het raadstraject, die lidstaten dwingt in een vroegtijdig stadium medelidstaten te sonderen om gelijkgezinde partners te vinden.

Ten derde ligt er grotere nadruk op het informele voortraject, omdat dit hand in hand gaat met een sterker accent op de bilaterale relaties tussen de listaten.