Research

Europe and the EU

Op-ed

'Wat is er aan de hand op de Balkan? Weet men daar iets wat wij hier niet weten?'

07 May 2012 - 09:56
Terwijl in Frankrijk en Nederland verkiezingen lijken te draaien om de invloed van Brussel, speelt zich op de Balkan een tegenovergesteld scenario af, constateren Danijel Tadic en Andrea Teftedarija.6 mei. De datum van spannende verkiezingsraces op het Europese continent. Terwijl in Frankrijk en Griekenland het verzet tegen de invloed van Europa groeit en dit ook een van de belangrijkste onderwerpen was van de verkiezingscampagnes in die landen, lijken de Servische presidentskandidaten maar een ding te willen: lid worden van de Europese club.

Het is duidelijk dat er grote verschillen bestaan tussen oude en aanstormende EU-lidstaten. Waar Europa voorheen als een vanzelfsprekendheid werd beschouwd in het politieke debat in landen die al decennia lang lid zijn van de Europese Unie, is het duidelijk dat dit niet langer het geval is. De publieke opinie vertoont scepsis tegenover de Unie en politieke partijen en presidentskandidaten grijpen in aanloop naar de verkiezingen dankbaar hun kans door Europa te gebruiken als zondebok voor alles wat misgaat in hun land.

Want een zondebok, die heb je nou eenmaal nodig. We zien dit in Frankrijk, Griekenland en zelfs al in Nederland, terwijl het kabinet net is gevallen en de verkiezingen nog even op zich zullen laten wachten. De steun van de bevolking voor de Europese Unie is in kandidaat-lidstaten, zoals Servië, maar ook in Kroatië, zeker niet torenhoog. Gek genoeg is het op de Balkan wel zo dat de partijen en politici, links of rechts, gematigd of radicaal, liberaal of nationalistisch, in verkiezingscampagnes en partijprogramma's de kant van Europa kiezen. Wat is er aan de hand op de Balkan? Weet men daar iets wat wij hier niet weten?

Spotjes

De afgelopen weken werd heftig campagne gevoerd in Servië in aanloop naar de parlementaire en presidentiële verkiezingen die op zondag 6 mei plaats zullen vinden. De in Europa populaire leider van de Democratische Partij (DS), Boris Tadic, heeft zich opnieuw kandidaat gesteld voor het presidentschap. Peilingen wijzen uit dat het een spannende strijd zal worden tussen hem en Tomislav Nikoliç, de leider van de Servische Progressieve Partij (SNS), een afsplitsing van de Servische Radicale Partij van de van oorlogsmisdaden verdachte Vojislav Seselj. Er staat veel op het spel, waarbij economische hervormingen en groeiende werkloosheid de belangrijkste onderwerpen zijn. De werkloosheid is 23%, jeugdwerkloosheid meer dan 50%, het aantal AOW'ers is gelijk aan het aantal werkenden en het gemiddelde inkomen is 350 euro per maand. Europa staat niet ter discussie en wordt maar mondjesmaat genoemd in de verkiezingsstrijd.

De partijen benadrukken dat het om cruciale verkiezingen voor Servië gaat en dat veel af zal hangen van de keus voor een van de twee presidentskandidaten, terwijl critici geen groot onderscheid zien tussen de partijen. Dit zou de harde toon waarop rivaliserende politici elkaar aanspreken goed kunnen verklaren; grote verschillen zijn er niet, dus je kunt elkaar maar beter op een andere manier bestrijden. De laatste weken is het campagnegeweld echt opgelaaid. Politici zetten elkaar in spotjes neer als onbetrouwbaar en corrupt. Via de televisie, kranten, billboards en sociale media wordt de burger voortdurend bestookt met de boodschap van de politieke partijen. Hoewel Tadiç een behoorlijk gematigde politieke geschiedenis heeft en Nikoliç nog steeds door Brussel wordt gezien als gevaarlijke nationalist, staan de twee kandidaten in de verkiezingspraktijk verbazingwekkend dichtbij elkaar. En ze hebben uiteindelijk dezelfde bestemming: Brussel.

Europa of Europa?

Terwijl de PVV tracht de aanstaande verkiezingen in Nederland te framen als een referendum over Europa, zien de belangrijkste politieke partijen in Servië in Europa de enige weg vooruit. Hoe anders was dit in 2008 toen de keuze werd teruggebracht tot een stem voor Europa ('Voor een Europees Servië' van Tadiç) of een stem voor de oude nationalistische politiek (Nikoliç)? Toetreding tot de Europese Unie is een vanzelfsprekendheid geworden onder de Servische politieke elite. De beloning van Brussel in de vorm van EU kandidaat-lidmaatschap dat Servië in maart van dit jaar kreeg - nadat er concrete stappen waren gezet in de directe onderhandelingen met Kosovo - lijkt dan ook minder invloed te hebben op het stemgedrag van de Serviërs dan het Stabilisatie- en Associatieverdrag dat vlak voor de verkiezingen in 2008 werd getekend om de pro-Europese krachten in het land een steuntje in de rug te geven.

In tegenstelling tot de Servische politici is de Servische bevolking echter minder eensgezind over EU toetreding. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat rond de 50% vóór zou stemmen, mocht een referendum over toetreding worden gehouden. Mede door de hervormingen en strenge eisen die de EU stelt aan kandidaat-lidstaten neemt de steun onder de bevolking af naarmate lidmaatschap dichterbij komt. Dit is ook te zien in Kroatië, waar een deel van de bevolking bang is dat hun bedrijven opgekocht zullen worden door grote Europese spelers en dat de banen in de gesubsidieerde industrie verloren zullen gaan.

De Kroatische casus laat echter ook zien dat op het moment dat er daadwerkelijk gestemd moet worden over EU toetreding een meerderheid voor Europa zal stemmen. Blijkbaar biedt Europa, als puntje bij paaltje komt, ondanks de financiële crisis en het gebrekkig vermogen van de Unie hier een oplossing voor te vinden, een perceptie van stabiliteit en prosperiteit. Dit zal ook voor Servië gelden. Ondanks de problemen waar de EU mee te kampen heeft, zullen Serviërs kiezen voor Europa. Onder druk wordt alles vloeibaar, zo ook de bezwaren tegen de Europese Unie, die onder verkiezingen smelten en weglekken. De nationalistische politici weten dat maar al te goed en dit is uitstekend terug te zien in hun verkiezingsstrategieën.

Hoewel vanuit Brussel alarmerende berichten worden verspreid over het gevaar van de dreigende overwinning van Nikoliç, en Tadiç herhaaldelijk steunbetuigingen ontvangt van onder andere de Europese Commissaris voor Uitbreiding, Stefan Füle, heeft Brussel niet veel te vrezen van Nikoliç. Hij is door de jaren heen stukken gematigder geworden en hij heeft het begrepen: uiteindelijk is een pro-Europese opstelling de sleutel tot politiek succes op lange termijn. Wellicht komt die les te laat voor de verliezende Franse presidentskandidaat, maar de Nederlandse politici hebben gelukkig nog een paar maanden om hun verkiezingscampagnes en partijprogramma's waar nodig te herzien.

Danijel Tadiç is werkzaam bij de Alfred Mozer Stichting. Andrea Teftedarija is werkzaam bij het Instituut Clingendael.

Op woensdag 9 mei organiseren het Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen 'Clingendael' en de Alfred Mozer Stichting een publieksbijeenkomst over de verkiezingen in Servië en de EU uitbreiding in De Balie in Amsterdam.