Research

Europe and the EU

Op-ed

De toekomst van Dublin

21 Nov 2016 - 13:05
Bron: Commissie Meijers

Op 4 mei jl. publiceerde de Europese Commissie haar voorstel voor hervorming van de Dublinverordening. Doel van het voorstel is een meer duurzame verdeling van asielzoekers over de Europese lidstaten. Voorkomen moet worden dat asielzoekers op eigen houtje door Europa trekken (“asielshoppen”) en dat slechts een handvol lidstaten verantwoordelijkheid neemt. Een hervorming van het Dublinsysteem wordt algemeen beschouwd als noodzakelijk voor het behoud van Schengen. Maar het is de vraag of het voorstel van de Commissie het asielbeleid crisisbestendig maakt.

De zwakheden in het Dublinsysteem

Eén zwak punt in het huidige Dublinsysteem is dat het geen eerlijke verdeling beoogt maar de verdeling afhankelijk maakt van toevalligheden: waar woont familie van de asielzoeker en waar reist de asielzoeker illegaal de EU in? De Dublinverordening zegt simpelweg dat Griekenland verantwoordelijk is voor de 800.000 asielzoekers die in 2015 op de Griekse eilanden aankwamen. Dat kan dat land natuurlijk niet aan en het is beslist begrijpelijk dat Griekenland en Italië op grote schaal “vergaten” om asielzoekers te registreren. Evenzeer is het begrijpelijk dat Duitsland besloot de Dublinverordening niet langer toe te passen en geen asielzoekers terugstuurde naar Griekenland en Italië.

De Commissie stelt niet een wijziging van de verdelingscriteria voor, maar een “correctief allocatiemechanisme”. Wanneer een lidstaat meer asielzoekers ontvangt dan 150% van wat op basis van zijn nationaal inkomen en bevolkingsomvang eerlijk wordt gevonden, zullen alle boventallige asielzoekers worden herverdeeld. Lidstaten die niet aan de correctie meewerken moeten een ‘solidariteitsbijdrage’ van €250.000 per asielzoeker betalen aan de lidstaat waarvan de asielzoeker niet wordt overgenomen. Dat is een onwaarschijnlijk hoog bedrag. De Visegradgroep heeft aangegeven niks te zien in deze afgedwongen solidariteit.

Een tweede zwak punt in de Dublinverordening is dat het uitgaat van de gedachte dat er een “gelijk speelveld” is in de lidstaten voor asielzoekers. De EU verplicht immers elke lidstaat tot het hebben van deugdelijke asielwetgeving waardoor het voor de asielzoeker niet uit hoeft te maken waar hij terecht komt. Dat gelijke speelveld is een fictie. Niet slechts verschillen erkenningspercentages aanzienlijk, uit diverse studies blijkt dat asielzoekers wel gecalculeerd de ene lidstaat boven een andere verkiezen, bijvoorbeeld vanwege economisch perspectief of de aanwezigheid van groepen landgenoten. Dat verklaart waarom asielzoekers op een zo massale schaal de Dublinregels frustreren.

Het voorstel van de Europese Commissie adresseert dit punt door asielzoekers te sanctioneren die zich niet aan de regels houden. Zo verliezen asielzoekers die niet in de verantwoordelijke lidstaat blijven hun recht op opvang en moet hun asielaanvraag in een verkorte procedure worden afgedaan. De gedachte is dat asielzoekers zich wel in het systeem laten dwingen. Maar een gevolg kan ook zijn dat meer asielzoekers worden gemarginaliseerd en in de illegaliteit worden gedwongen.

Lessen uit de Verenigde Staten en Duitsland

Het kan ook anders. In federale staten als de Verenigde Staten en Duitsland worden verschillen in de aantrekkings- en draagkracht van de deelstaten juist tot uitgangspunt van beleid genomen. De Duitse Königsteiner Schlüssel verdeelt vluchtelingen over de Länder naar rato van belastingopbrengsten en bevolkingsaantal. In de Verenigde Staten worden binnenkomende vluchtelingen gematcht met lokale gemeenschappen, waarbij vooral wordt gelet op integratie- en economisch perspectief. In beide landen zijn vluchtelingen bovendien vrij in het gehele land werk te accepteren, wat de integratie en lastenspreiding ten goede komt.

Het Dublinsysteem neemt economische zelfredzaamheid noch maatschappelijk draagkracht tot uitgangspunt. Daaraan verandert het Commissievoorstel weinig. Er bestaat en komt geen vrij verkeer voor toegelaten vluchtelingen. Het is vluchtelingen verboden in een andere lidstaat te werken. Het is al lang bekend dat Somalische Nederlanders op grote schaal naar Engeland emigreren zodra ze het Nederlandse paspoort hebben. Dit creëert de vreemde situatie dat zij verplicht Nederlands leren om zo in Engeland te mogen werken.

Het onvermogen om tot een effectief Europees asielbeleid te komen komt deels door een gebrek aan Europese solidariteit. Maar ook oorzakelijk is dat het asielbeleid vluchtelingen vermaakt tot zielige, behoeftige mensen die samenlevingen vooral tot last zijn. Dat beleid dreigt een self-fulfilling prophecy te worden. De toelichting op het Commissievoorstel zegt letterlijk (p. 13) dat asielzoekers bescherming zoeken en dat het systeem daarom geen rekening behoort te houden met economische migratiemotieven. Dan moet men later ook niet zeuren over achterblijvende arbeidsparticipatie.

Maarten den Heijer is universitair docent internationaal recht aan de Universiteit van Amsterdam

Lees hier beknopt enkele andere twistpunten over het EU migratievraagstuk.