EU Forum

Minder, niet meer integratie is de redding van Europa

25 Jul 2013 - 00:00
Bron: © J. Nathan Matias

Ruim 60 procent van de bestuurders van de Nederlandse bedrijven is tevreden met de euro en vindt dat de munt moet blijven bestaan. Dat blijkt uit een enquête van Grant Thornton onder, onder meer, Nederlandse CEO’s. Hun collega’s uit andere landen delen die mening. In Groot-Brittannië is de top van het bedrijfsleven doorgaans niet voor een uittreding van dat land uit de Europese Unie.

Dit allemaal staat in schril contrast met de mening van de Europese bevolking. Veel Britten zouden er niet om rouwen als hun land vaarwel tegen de EU zegt en de populariteit van de euro, en zelfs het hele EU-project, is tanende in alle eurolanden. Hoe is dit grote verschil te verklaren?

De Europese Unie en de muntunie zijn niets anders dan Europese uitingen van toenemende globalisering in de wereld.  Het probleem met globalisering is dat de verwachtingen, gecreëerd door politici maar ook bedrijfsleven, zeer hoog waren. Zo hoog dat de gewone man op straat sinds kort zwaar teleurgesteld is. Dit heeft zulke vormen aangenomen dat velen niets van globalisering, en dus internationale samenwerking, moeten hebben. De reden is:  in tegenstelling tot wat een lange tijd beweerd én aangenomen werd, pakt globalisering niet goed uit voor de middenklasse.

Wat er mis ging met globalisering

Globalisering had namelijk moeten leiden tot zeker drie dingen: lagere loonstijgingen, hogere winsten voor bedrijven en dalende prijzen.

Lagere loonstijgingen omdat globalisering onder meer inhoudt dat China mee is gaan doen met de wereldeconomie. Dat betekende ettelijke honderden miljoenen werknemers erbij op de mondiale arbeidsmarkt. Aangezien de internationale handel en het internationaal zakendoen sindsdien niet alleen veel gemakkelijker en goedkoper zijn geworden, maar vaak ook voor het eerst mogelijk – denk aan het verplaatsen van de productie naar China – was er inderdaad sprake van een mondiale arbeidsmarkt. Dat hield in dat het leger Chinese werkenden ging concurreren met werkenden in het Westen. Die concurrentie alleen al zorgde voor een klimaat waarin loonstijgingen niet bepaald gedijen.

Hogere winsten voor bedrijven door die lagere loonkosten maar ook door de rap toenemende productiviteit en toepassing van allerlei machines in de productie.

Beide effecten hebben zich voorgedaan in het Westen.  Maar diezelfde globalisering had ook een gunstig effect moeten hebben op de koopkracht. De globaliseringsgolf sinds het einde van de jaren zeventig stuwde de arbeidsproductiviteit behoorlijk op. Tel daarbij op de enorme technologische vooruitgang, deregulering  en het feit dat globalisering de internationale handel simpeler, efficiënter en goedkoper maakte, dan hadden de prijzen van heel veel spullen die we aanschaffen behoorlijk moeten dalen al die tijd. Dát effect van globalisering hebben we echter niet gezien; sinds 1980 zijn de prijzen in het Westen doorgaans met 60 procent of meer gestégen. Dit is iets waarvoor in mijn ogen de Westerse centrale banken verantwoordelijk zijn, zoals ik betoog in mij  boek ‘Geldmoord: hoe de centrale banken ons geld vernietigen’. Lagere loonstijgingen in combinatie met aanhoudende inflatie was een regelrechte ramp voor met name de middenklasse. 

De middenklasse keert zich tegen Europese integratie

Een lange tijd was er echter niets aan de hand. De middenklasse had het goed omdat iedereen de afgelopen decennia naar hartenlust kon lenen. Dat op grote schaal lenen camoufleerde de ramp die de globalisering was voor de middenklasse. De camouflage is met het begin van de huidige economische crisis echter weggevallen.  Het is nu pijnlijk duidelijk dat globalisering juist voor de middenklasse zeer slecht heeft uitgepakt.

 De middenklasse keert daarom de globalisering de rug toe, wat in Europa onder andere tot uiting komt in wegvallende steun voor Europese integratie. Dit is ernstig omdat een sterke middenklasse de voorwaarde is voor economische, politieke en sociale stabiliteit in een land.

Dit is iets wat de Europese leiders niet over het hoofd mogen zien maar helaas wel doen. Door méér Europese integratie te blijven zien als dé oplossing van de huidige crisis, negeren Europese leiders volledig de wensen van een groot en steeds groter wordend deel van hun achterban. Als de huidige leiders hun vlucht naar voren niet snel staken, zullen ze via het democratische proces de komende jaren vervangen worden door leiders die wél luisteren naar de wensen van de bevolking. Dit zal uiteraard niets meer dan legitiem zijn, maar er bestaat groot gevaar voor doorschieten. In plaats van Europese Unie in de vorm die de Europese bevolking wil, zal Europa eindigen met nauwelijks een Unie. Dan pas zal Europa weinig voorstellen op het wereldtoneel. Het ironische is dat velen de oplossing voor dit en andere problemen verwachten van de centrale banken, dezelfde instellingen die de kern van het probleem zijn.

Edin Mujagic is macro-econoom en auteur van onder meer '10 jaar euro: biografie van een jonge wereldmunt' (2009) en 'Geldmoord: hoe de centrale banken ons geld vernietigen' (2012).

[[{"type":"media","view_mode":"media_large","fid":"2455","link_text":null,"attributes":{"height":480,"width":456,"style":"width: 114px; height: 124px;","class":"media-image media-element file-media-large"}}]]