Research

Europe and the EU

Op-ed

Tijd is handel

05 Feb 2018 - 15:04
Bron: Number Ten/flickr

Deze column is oorspronkelijk verschenen in de Brexit Nieuwsbrief van VNO-NCW en MKB-Nederland.

De komende maanden wordt in Brussel onderhandeld over een Brexit transitieperiode. Want als op 29 maart 2019 de deadline verstrijkt voor het bereiken van een uittredingsakkoord, zal er nog geen uitonderhandeld vrijhandelsakoord liggen. Een transitie periode is daarom van belang. Er moet tijd gewonnen worden.

Het is van belang voor het bedrijfsleven dat een 'cliff edge' op 29 maart 2019 vermeden wordt. Een transitiefase betekent dat de Britten op die dag de EU wel formeel verlaten maar tijdelijk, en met dezelfde voorwaarden, toegang behouden tot de Europese markt. Die tijd kan gebruikt worden om een nieuw handelsverdrag te bereiken. Van een 'zachte' Brexit waarbij de Britten in de douane-unie en de Europese interne markt blijven, is op dat moment nog geen sprake. De transitieperiode is slechts uitstel van executie tot het moment waarop de handelsbetrekkingen met het VK daadwerkelijk zullen veranderen.

Een transitieakkoord lijkt dus vanzelfsprekend, maar is het niet. Hoewel Theresa May zelf in september opgeroepen heeft voor een dergelijke overbruggingsperiode, is haar Conservatieve achterban sceptisch. En dat zal de onderhandelingen de komende tijd bemoeilijken.

Binnen twee minuten waren de 27 Europese ministers van buitenlandse zaken er uit. Ze verwachten dat de Britten aan het Europees budget blijven meebetalen, de jurisprudentie van het Europees Hof van Justitie blijven erkennen, en alle Europese regelgeving blijven volgen tijdens een transitie. Zo ook nieuwe regels die ingevoerd worden als de Britten al formeel geen lidstaat meer zijn. Een dergelijke status-quo transitie maakt volgens sommige Britse poliitici van het VK een 'vazal' van de Europese Unie. Het staat haaks op het idee van 'take back control'. Deze Britse eurosceptici hebben gelijk; tijdens de transitieperiode zal Londen minder invloed in de Europese Unie hebben en minder soeverein zijn dan wanneer het lid was.

Premier Theresa May zit in een spagaat. Enerzijds moet zij haar achterban geruststellen dat ze Brexit zal leveren, anderzijds staat ze onder druk van het bedrijfsleven dat terecht vraagt om voldoende tijd voor een ordelijke overgang.

Op de achtergrond speelt mee dat May ernstig verzwakt is, en mogelijke troonopvolgers lopen zich warm. Met name bij het Brexit-kamp van de Conservatieve partij voelt men zich door May te kort gedaan. Zij zegt dat een overgangsfase nodig is om Brexit te kunnen realiseren en vraagt aan de Brexiteers of ze twee jaar lang geduld kunnen hebben. Maar in de politiek is twee jaar een oneindigheid.

Premier Theresa May zit in een spagaat. Enerzijds moet zij haar achterban geruststellen dat ze Brexit zal leveren, anderzijds staat ze onder druk van het bedrijfsleven dat terecht vraagt om voldoende tijd voor een ordelijke overgang.

Naast het blijven volgen van EU-regels moeten in de transitie ook een aantal complexe zaken geregeld worden. Wat gebeurt er bijvoorbeeld met de handelsbetrekkingen van het VK met die landen waarmee de Europese Unie - en dus het VK - handelsakkoorden heeft gesloten? Formeel zijn die akkoorden op 29 maart 2019 niet meer van toepassing op het VK, tenzij de handelsafspraken met landen als Korea, Mexico en Canada nu aangepast worden. Ook Nederlandse bedrijven met activiteiten in het VK zouden hier de dupe van kunnen worden. Het aanpassen van deze handelsafspraken is niet onmogelijk, maar kost tijd en is afhankelijk van de goodwill van het derde land.

Tijd speelt ook een belangrijke rol voor de duur van de overgangsperiode. Niemand wil dat het VK lang in het schemergebied van de transitie blijft, en zeker de Brexiteers niet. De EU27 zegt dat de transitie tot 31 december 2020 mag duren. Maar het is ‘wishful thinking'om te denken dat er dan een afgerond en geratificeerd EU-VK handelsakkoord ligt. Tel er gerust nog een paar jaar bij op. Dit maakt de Brexiteers nog nerveuzer; zij denken van uitstel komt afstel. Helemaal nu een gelekt rapport van de Britse overheid zou aantonen dat het VK hoe dan ook economische schade ondervindt van de Brexit.

Wie dacht dat het onderhandelen van een transitieakkoord een rustig intermezzo zou zijn voordat de moeilijke gesprekken beginnen over de toekomstige handelsbetrekkingen komt bedrogen uit.

Het is de vraag of May haar eigen partij meekrijgt in de gesprekken met Brussel. De conclusie die hieruit voortvloeit is dat de uitkomst van de onderhandelingen over transitie, en in zekere zin over Brexit in het algemeen, vooral bepaald worden door de mate waarin May grip op haar eigen partij weet te houden. En niet zozeer door de dynamiek in Brussel. Wij zijn nu allemaal overgeleverd aan de Britse politiek.